Als je als gezin de leerling zelf tot aan school kan begeleiden met de wagen, dan kan je een tussenkomst vanuit Agodi aanvragen. Maar hierbij worden enkel de kosten vergoed voor de afstand tot de dichtstbijzijnde school.
Er moet rekening gehouden worden met volgende situaties:
Normaal gesproken gebruikt een leerling maar één soort vervoer, maar soms zijn er uitzonderingen waarbij we verschillende vervoersopties kunnen combineren:
Elk trimester betaalt het team Leerlingenvervoer van Agodi de subsidie uit aan de school. Zodra de school het geld heeft ontvangen, maken zij het over naar de ouders van de betreffende leerlingen.
Hoe wordt het subsidiebedrag berekend?
Dagelijks vervoer: Voor leerlingen die elke schooldag (5 dagen per week, heen en terug) de trein nemen, bedraagt de subsidie 75% van de prijs van een jaarabonnement voor een 2de klas treintrajectkaart van de NMBS.
Weekendvervoer: Voor leerlingen die alleen op maandagochtend en vrijdagavond reizen, is de subsidie 1/5 van het tarief van het jaarabonnement van een 2de klas treintrajectkaart.
Uitzonderingen: In andere situaties, zoals bij co-ouderschap, wordt de subsidie berekend als een percentage van het bovengenoemde tarief, afhankelijk van het aantal keer dat de leerling reist.
Voor actuele subsidiebedragen verwijzen we naar de meest recente gegevens in de Algemene omzendbrief zonaal leerlingenvervoer. Als de reisroutes het volgende schooljaar ongewijzigd blijven, is alleen een verlenging van de vervoersrechten nodig, die zonder verdere controle of goedkeuring van de regiocoördinator kan worden verwerkt.
Perimeters en Toegankelijkheid
De grenzen voor ons collectief vervoer zijn duidelijk: leerlingen die meer dan 1,5 km (voor basisonderwijs) of 4 km (voor secundair onderwijs) van school wonen en binnen een maximale afstand van 35 km van de school zijn, kunnen gebruikmaken van dit vervoer. Dit is vooral bedoeld voor leerlingen die niet zelfstandig met het openbaar vervoer of andere middelen kunnen reizen, of die in gebieden wonen waar weinig tot geen goede openbare vervoersverbindingen zijn.
Uitzonderingen:
Opstapplaatsen
We gebruiken gemeenschappelijke opstapplaatsen om de organisatie van het vervoer efficiënt te houden. Deze plaatsen zijn binnen 500 meter van het thuisadres van de leerling, tenzij dit geografisch onmogelijk is. In dat geval overleggen we met de ouders over een verder gelegen opstapplaats, afhankelijk van wat haalbaar is voor de leerling.
Belangrijke punten over opstapplaatsen:
Efficiëntie en Communicatie
We hebben kaarten per zone met daarop de opstapplaatsen en busnummers. Dit helpt de coördinatoren om snel de dichtstbijzijnde opstapplaats te vinden en vergemakkelijkt de communicatie met de ouders over de beste opties voor hun kind. Dit systeem van collectief leerlingenvervoer is ontworpen om de leerlingen een veilige en betrouwbare reis naar school te bieden, terwijl het tegelijkertijd rekening houdt met hun individuele behoeften en omstandigheden.
De Lijn - Met de bus naar school
Wanneer leerlingen zelfstandig kunnen reizen, kunnen ze een abonnement voor openbaar vervoer aanvragen via de website van De Lijn. Na goedkeuring worden nieuwe abonnementen naar het thuisadres van de leerling gestuurd, tenzij anders aangegeven. Abonnementen op een bestaande MOBIB-kaart worden automatisch bijgeladen zonder dat ouders of leerlingen hiervan op de hoogte worden gebracht, maar ze kunnen de status altijd controleren via de app van De Lijn.
Belangrijk:
NMBS - met de trein naar school
De NMBS werkt met een derdebetalerssysteem waarbij de school een attest ontvangt dat direct door de NMBS aan Agodi wordt gefactureerd. Leerlingen moeten met dit attest en hun identiteitskaart naar een treinstation om hun abonnement of campuskaart op te halen.
Verschillende opties voor treinreizen:
Bij verlies van het abonnement/campuskaart, moet de leerling op eigen kosten een nieuwe aanvragen. Dit kan aan het loket op vertoon van zijn/haar eID. Dit kost 5 euro.
Belangrijk om te weten bij de regeling Openbaar Vervoer: